Waarom netwerken?

In het dagelijks leven netwerken we allemaal en vinden dat heel gewoon en vanzelfsprekend. Bedenk bijvoorbeeld maar eens hoe je te werk gaat als je op zoek wilt naar een nieuwe tandarts. Je schakelt je netwerk in. Je informeert bij familie, vrienden of collega’s en gebruikt hun kennis en connecties om tot een goede keuze te komen.

Ook bij het vinden van werk speelt netwerken een belangrijke rol. Uit onderzoek blijkt dat vacatures slechts in 15% van de gevallen worden ingevuld door plaatsing van een personeelsadvertentie en het selecteren van een kandidaat in de daaropvolgende sollicitatieprocedure. In de overige 85% komt de matching tot stand op een manier waarin netwerken een rol speelt. Daarmee is netwerken verreweg de meest effectieve manier om passend werk te vinden.

Als je netwerkt, vraag je nooit naar een baan. Je vraagt om tips en adviezen en gebruikt de kennis en de connecties van anderen om jouw arbeidsmarkt te onderzoeken en in kaart te brengen. Tot het moment dat je een plek vindt waar vraag is naar jouw kennis en kunde. Op dat moment doe je een sollicitatie.

Je kunt netwerken via sociale media als LinkedIn, X en Facebook of door face-to-face contact te leggen.

Op deze pagina vind je een aantal tips voor waar je rekening mee kunt houden bij het netwerken.

Goede voorbereiding, oefening en follow-up

• Weet wat je wilt vragen en wees voorbereid op mogelijke wedervragen.
• Haal informatie over het bedrijf/de organisatie via de website, het jaarverslag, informatiefolder.
• Noteer kort de inhoud van het gevoerde gesprek en wie je wanneer terug kunt bellen en houd je aan de afspraken.
• Ga zorgvuldig met je netwerkcontacten om door ze te bedanken en op de hoogte te houden van je vorderingen.

Voor het maken van een netwerkafspraak is telefonisch contact het meest effectief. Je kunt dan in dit eerste persoonlijke contact ook je verwachtingen en de duur van het gesprek aangeven. Bereid het telefoongesprek zodanig voor dat je in staat bent kort en bondig duidelijk te maken wat het doel van het contact is en wat je van deze persoon wilt.

Je netwerkgesprekspartner wil WEL graag

• Met je praten omdat hij/zij zich ‘vereerd’ voelt dat je juist van hem/haar alles over het dagelijks werk wilt weten.
• Tijd voor je vrijmaken om met een oprecht geïnteresseerd iemand te praten.
• Jou advies geven over de stappen die je kunt zetten.
• Je nieuwe contacten geven zodat je verder komt (als je gedegen overkomt).
• Met een goed en energiek gevoel uit dit gesprek komen (hij/zij heeft iets voor je betekend).
• Zelf ook beter worden van dit gesprek (misschien kun je iets voor hem/haar doen).
• Op de hoogte gehouden worden van wat je met de contacten doet.
• Geïnformeerd blijven over waar je uitkomt in je netwerktocht.
• Collega’s over jou en het gesprek met jou vertellen.
• Aan je denken als er een vacature is en je dan meteen bellen.

Je gesprekspartner wil NIET

• Jou vertellen wat je al had kunnen weten uit je arbeidsmarktonderzoek, van de website van het bedrijf of de organisatie waar diegene werkt.
• Tijd vrij te maken voor iemand die er geen plezier in heeft om écht naar hem/haar te luisteren.
• Zich verstikt voelen, jouw problemen oplossen, jouw ‘negatieve energie’ voelen.
• Het gevoel hebben dat je zijn/haar advies niet naar waarde schat.
• Het gevoel hebben dat hij/zij jou een baan moet aanbieden.
• Jou laten weten dat hij/zij niet over de vacatures gaat.
• Zich verplicht voelen jou nieuwe contacten te geven.
• Niets meer van je horen als je contacten gekregen hebt.
• Het gesprek ervaren als verloren tijd.
• Zich schuldig voelen als hij/zij jou niet ‘tipt’ over een vacature.

Natuurlijk laat je weten dat je bezig bent met een nieuwe stap in je werk. Je bent in gesprek omdat je informatie en advies wilt over je volgende stap in het werk. Vanzelfsprekend verwacht je nu geen baan.

Tips voor dit eerste telefonisch contact

• Ben op de persoon gericht
• Ben doelgericht
• Ben enthousiast
• Ben duidelijk over de tijd die je van de ander vraagt
• Bedank de ander nu al voor de tijd die hij/zij voor je wil vrijmaken

Valkuilen voor dit eerste telefonisch contact

• Niet zeker weten of je bij deze persoon moet zijn
• Aan een netwerkcontact vragen naar algemene informatie over het bedrijf
• Onzeker, afwachtend en teruggetrokken zijn
• De indruk geven dat het netwerkgesprek zo gepiept is of juist heel lang gaat duren
• Afsluiten met “tot ziens”

Voorbeeld:

“ik heb een wens en die is met u praten over uw werk als ….. Ik zou het zeer op prijs stellen als u daar bijvoorbeeld een halfuur tijd voor zou willen vrijmaken. Ik ben bezig me te oriënteren op het werk dat u nu doet en ik zou juist uw adviezen aan mij zeer op prijs stellen.”

Mogelijke hindernissen

• Inschatten of het telefoontje gelegen komt. Vraag daar ook naar. Komt je telefoontje niet gelegen, vraag dan wanneer het wel schikt.
• Persoon is niet aanwezig. De telefoniste/secretaresse kan je vaak vertellen wanneer de persoon wel bereikbaar is.
• Een secretaresse heeft vaak ook als taak iemand af te schermen. Het kan moeilijk, soms onmogelijk zijn een dergelijke blokkade te doorbreken. Het advies is om de secretaresse bij de weg naar je doel te betrekken en haar om advies te vragen hoe je het maken van de afspraak het beste kunt aanpakken.
• De secretaresse adviseert je de vraag per mail te stellen. Dan rest er niets anders dan dat te doen. Vraag of je de mail direct aan de persoon kunt sturen met een cc aan haar.
• Je netwerkcontact wil niet met je spreken. Dit kan twee dingen betekenen:
• Je hebt je onvoldoende voorbereid en daardoor kun je de ander niet voldoende overtuigen, niet enthousiast genoeg overkomen, waarom het voor jou van belang is juist deze persoon te spreken. Het is ook mogelijk dat je niet de juiste persoon binnen de organisatie hebt aangesproken.
• Het kan ook betekenen dat degene die je belt midden in een reorganisatie zit of in beslag wordt genomen door andere ingrijpende veranderingen in werk of privé en daardoor niet openstaat voor een gesprek met jou. In beide situaties kun je vragen of de persoon in kwestie iemand kent die wel geschikt is en/of tijd voor je heeft. Vraag dan ook of je de naam van degene die je nu belt kunt gebruiken als introductie. En vergeet niet te bedanken voor de tijd en de moeite.

Het netwerkgesprek gaat altijd over twee onderwerpen

Het dagelijkse werk dat iemand doet.
• Hoe ziet uw werkdag eruit?
• Welk onderwerp vraagt nu uw grootste aandacht?
• Welk veranderingsproces is er nu gaande?
• Hoe gaat u om met de recente ontwikkelingen in de markt?
• Hoe denkt u dat uw functie er over vijf jaar uitziet?
• Hoe bent u in dit vak terecht gekomen?
• Wat vindt u het leukste aan dit werk?
• Waarom werkt u graag bij dit bedrijf?
• Welk bedrijf doet het nog meer goed naar uw mening?
• Welke opleiding staat op dit moment het best aangeschreven?

Het advies dat je gesprekspartner jou kan geven.
• Wat zou u mij adviseren als ik dit vak in wil?
• Hoe kom ik bij u over?
• Ik zou graag uw advies willen over mijn volgende stap, wat zou u mij adviseren?
• Mogelijke nieuwe contacten.
• Kunt u mij namen en contactgegevens geven van functionarissen die mij meer informatie kunnen geven over deze branche, dit bedrijf, dit vakgebied, deze functie?
• Mag ik dan uw naam gebruiken?
• Spreek je waardering uit en bedank.
• Vertel de ander dat je hem/haar op de hoogte zal houden.

De grootste valkuil in een netwerkgesprek is dat je te veel en te lang over jezelf aan het woord bent. Als je gesprekspartner vragen stelt in de trant van “wat brengt jou hier”, vertel dan iets over jezelf, maar houd het kort, hooguit twee minuten. Gebruik daarvoor bijvoorbeeld je elevatorpitch.

Resultaat van het netwerkgesprek

• Je weet veel meer over het dagelijks werk dat iemand doet of je doet verrassende informatie op, bijvoorbeeld over een nieuw product of een actuele marktontwikkeling.
• Je weet nog beter waar je wel of niet zou willen werken.
• Het advies van je gesprekspartner neem je ter harte.
• Je doet nieuwe contacten op waarbij je de naam van je gesprekspartner mag gebruiken.
• Je doet nieuwe contacten op waarbij je door je gesprekspartner wordt geïntroduceerd.
• Je gesprekspartner vraagt je om je CV (stuur het per mail na zodat het niet in een stapel papier verdwijnt, dat is voor je netwerkpartner ook handiger: bijvoorbeeld om door te sturen).
• Wellicht ben je op het goede moment op de goede plaats omdat men net iemand zoekt.

Warm netwerken

Warm netwerken is het uitbreiden van je netwerk door van contact naar contact te gaan.

Dit gaat als volgt:

1) Je gaat door je eigen gemaakte lijst met contacten en je maakt een lijst van de mensen die je nu stap voor stap gaat benaderen. Maak een overzicht van de voor jou slimme volgorde waarin je deze contacten wilt benaderen.

2) Vraag aan je netwerkgesprekspartners of zij een nieuw contact voor je hebben. Een belangrijk punt is dat je je contact dan als introductie kunt gebruiken bij deze voor jou nieuwe persoon.

Koud netwerken

Koud netwerken betekent dat je mensen die het werk doen dat jij graag zou willen doen, maar met wie je niet via anderen in contact komt, belt. Bijvoorbeeld door het bedrijf te bellen waar je graag wilt werken en de receptioniste/telefoniste naar de naam en contactgegevens van zo iemand te vragen.

Wat moet je vooral doen bij het netwerken:

• Vertel iedereen die je tegenkomt dat je bezig bent met de volgende stap in je loopbaan. Gebruik daarbij je elevator pitch.
• Begin gewoon met netwerken. Begin met een contact dat je beter kent of daar waar iemand anders je geïntroduceerd heeft.
• Bel voor het maken van een afspraak aan het begin of aan het eind van de werkdag.
• Weet dat mensen graag iets voor iemand anders willen betekenen. Geef ze het gevoel dat ze veel voor jou betekenen (wat ook zo is!) in het eerste telefonisch contact en in het daarop volgende gesprek.
• Vraag om advies en tips.
• Bedank ze.
• Zorg dat je alles weet wat je kunt weten voordat je met iemand in gesprek gaat.
• Wees direct en concreet.
• Vraag om bijvoorbeeld drie kwartier van zijn/haar tijd aan het eind van een werkdag.
• Houd je aan de drie onderwerpen en bereid je voor op vragen.
• Spreek je waardering uit en bedank je gesprekspartner.
• Houd de ander op de hoogte van wat je met zijn/haar adviezen en contacten hebt gedaan

Tips

Verkoop jezelf telefonisch

Peer Goudsmit, recruitmentspecialist PeerSearch: ”Geen enkel bedrijf koopt producten via direct mail. Solliciteren werkt ook niet zo. Het eerste doel is om aan tafel te komen. Pas daarna begint de strijd om het krijgen van die baan. Vacatureteksten geven zelden een volledig beeld van een functie, dus schroom niet om de telefoon te pakken en te controleren of je wel geschikt bent voor de baan. Managers waarderen dat altijd. Stel in zo'n gesprekje een paar goede vragen. Zoals: Joh, stel dat ik deze baan krijg en over zes maanden hebben wij een beoordelingsgesprek. Wat moet ik doen om succesvol te zijn? Reken maar dat je je gesprekspartner hebt getriggerd om je uit te nodigen.”
(Bron Intermediair, auteurs: Fee Naaijkens en Marieke de Wit)

Zorg dat je wordt aanbevolen

Ralf Knegtmans, partner bij De Vroedt & Thierry en auteur van het boek De 9 universele criteria van toptalent:

”Laat je als jong talent aanbevelen door een bekende manager, CEO of specialist in jouw vakgebied. Dat laatste is weliswaar niet heel gemakkelijk, maar het werkt wel! Pasgeleden werd een van mijn kandidaten gevraagd om zijn contract te verlengen. Vanwege een splitsing was het bedrijf voor zijn eigen carrière niet meer zo interessant. Maar het project waarvoor hij werd gevraagd, was voor de Raad van Bestuur van cruciaal belang. Ik adviseerde hem om de CEO van het bedrijf als tegenprestatie te vragen om een persoonlijke en gedetailleerde aanbeveling. Sinds die in zijn CV staat, mag de kandidaat aantoonbaar vaker op gesprek komen voor senior managementfuncties. Probeer dus -eventueel gratis of tegen een lagere vergoeding- een bijzonder project te doen voor een alom erkende professional en vraag er iets voor terug.”